Een uurtje later was de risotto uitverkocht en mijn geweten gesust. Spannend wel, vreemden aan je deur. Zullen ze het lekker vinden? De commentaren de volgende dag waren lovend, maar ja, had eigenlijk niet anders verwacht, manlief is kok van beroep.
Nu D-day, de laatste dag van de autoverzekering was aangebroken, moest er een andere grote stap terug gezet worden, en luidden we het einde van het tijdperk als auto-eigenaar in. Ik had alles berekend en uit die berekening een logische conclusie getrokken: de auto was te duur en moest weg. We gebruikten hem toch amper. Helemaal afhankelijk van het openbaar vervoer willen we niet zijn, dus werd de eigen wagen vervangen door een Cambio-abonnement. Op het eerste zicht kostelijk met de feestdagen in zicht, maar op jaarbasis zal het pakken goedkoper uitkomen. We gebruikten de auto toch enkel om op familiebezoek te gaan. Boodschappen doen we met de fietskar.
Ondanks dat het een weloverwogen beslissing was, hadden de criticasters weer hopen kritiek. Te duur, geen zekerheid, wat als, wat als, … Ze blijven maar doorgaan, je schrik aanjagen: want een mens kan toch niet leven zonder auto?
Volgens de radio waren het vandaag nog zomerse temperaturen, maar de tocht in huis denkt er anders over. Komende week zal mevrouw het werk van de aannemers eens overdoen, en de ramen winddicht maken. Dat wij – als beginnende en goedgelovige verbouwers – verkeerde keuzes hebben gemaakt, dat kan ik mezelf wel vergeven, maar wat voor zin heeft het superisolerend glas te laten plaatsen, als de plaatsers geen basiskennis hebben van isolatie? Maar ik zal met mezelf maar geen spelletje ‘Wat Als?’ of ‘Had ik maar…’ gaan spelen. In het vervolg luister ik naar Roger: ‘ Wat je zelf doet, doe je beter.’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten